19 oktober 2022

‘Goed werkgeverschap voor de toekomst is ander werkgeverschap dan we tot nu toe hebben gehad’

Augmented en virtual reality, artificial intelligence, robots, drones, sensoren, big data, autonome plants en toenemende digitalisering vinden in snel tempo hun weg naar de wereld van het onderhoud. Mens en techniek worden steeds meer complementair aan elkaar. Maar wat betekent dat voor ‘de mens’? Onder de noemer Factor Mens bracht World Class Maintenance dat tijdens het jaarevent op 5 oktober in Oegstgeest in beeld.

Nederland moet de bakens op de arbeidsmarkt verzetten; dat is de kern van het advies aan de overheid dat de commissie Regulering van Werk ruim twee jaar geleden publiceerde. Toenmalig commissievoorzitter en voormalig SER-lid Hans Borstlap is vandaag de eerste spreker en analyseert de arbeidsmarktproblematiek ten overstaan van het WCM-publiek.

Analyse

“Ik verklap alvast: ik zal een positief en optimistisch verhaal houden.” Borstlap begint met een aantal voorbeelden die de verstoorde arbeidsmarkt typeren, zoals het niet op elkaar aansluiten van vraag en aanbod en het feit dat er in Nederland twee keer zoveel flexbanen zijn als elders in Europa. Hoe komt dat? Daarvoor moet je de oorzaken opsporen en analyseren, zegt de voormalig topambtenaar. “Als je analyse goed is, heb je driekwart van de oplossing al te pakken.”

Drie hoofdredenen
Borstlap ziet drie hoofdredenen voor de problemen op de arbeidsmarkt. De regels rondom arbeid (Burgerlijk Wetboek, onderwijswetten, de fiscaliteit en de sociale zekerheid) dateren uit een ver verleden en lopen achter bij de huidige situatie. Het tweede punt is dat de specialisten zich op elk van deze domeinen de afgelopen decennia geïsoleerd van elkaar ontwikkelden en elkaars taal niet spreken, waardoor allerlei regels niet optimaal op elkaar zijn afgestemd. Borstlap: “Als we arbeid zo belangrijk vinden, waarom belasten we het dan zo hoog?” En: “Waarom is de leerplicht slechts tot 16-jarige leeftijd als een leven lang leren zo belangrijk is? Die vrijblijvendheid ten aanzien van bijscholen moet eraf.” Als derde oorzaak noemt hij de verwaarloosde arbeidsbemiddeling, waarin het UWV is uitgekleed en het begeleiden van mensen naar nieuw werk is bemoeilijkt.

Hervormen
Drie W’s zijn wat Borstlap betreft belangrijk om de arbeidsmarkt te hervormen: wendbaar, weerbaar en wederkerig. Werkgever en -nemer moeten wendbaar zijn en anticiperen op veranderingen. Daarvoor moet je weerbaar zijn. Voor een werknemer die van baan wil wisselen, betekent dat dat er een basaal vangnet is dat hem soelaas biedt wanneer de baanverandering mislukt. Wederkerigheid betekent dat iedereen zijn steentje bijdraagt.

De lonen zullen stijgen en dat is goed, omdat dan de neiging om te investeren in innovatie en nieuwe technologie ook toeneemt waardoor ook de productiviteit zal stijgen – Hans Borstlab, toenmalig commissievoorzitter en voormalig SER-lid

Productiviteit laten stijgen
Kennisveroudering is een groot risico, zegt Borstlap. De commissie stelde daarom een individuele leerrekening voor, voor alle werkenden. “Dat kost veel geld, maar de kosten gaan hier voor de baat. De uiteindelijke winst is vele malen groter.” Borstlap geeft vervolgens een positieve draai aan de arbeidsmarktkrapte, die volgens hem sowieso structureel is. “Door de schaarste komt de factor arbeid meer in beeld. Werkgevers zullen bijvoorbeeld meer rekening moeten houden met zaken als werk-privébalans. De lonen zullen stijgen en dat is goed, omdat dan de neiging om te investeren in innovatie en nieuwe technologie ook toeneemt waardoor ook de productiviteit zal stijgen. Dat is de wissel die we samen moeten omzetten op weg naar meer innovatie, meer technologie en arbeid die we beter behandelen en betalen.”

Capaciteitsvraagstuk
In de installatiebranche is de wervingsbehoefte groter dan de instroom, vertelt de volgende spreker: Judith van Heeswijk van branchevereniging Techniek Nederland. Het arbeidsmarkttekort is eigenlijk een capaciteitsvraagstuk, legt ze uit. “Als je dat zo ziet, kom je tot andere oplossingen, namelijk dat je moet inzetten op instroom, zij-instroom, leven lang ontwikkelen en innovatie.” Techniek Nederland zet daarbij zwaar in op samenwerken; met het onderwijs, met bedrijven en met andere brancheorganisaties. Ze noemt onder meer één ‘toegangspoort’ naar technische functies. “Als iemand uitvalt in de bouw, dan kun je die begeleiden naar een andere technische functie in een andere sector.”

Skillspaspoort
De brancheorganisatie experimenteert momenteel met een gevalideerd en gecertificeerd skillspaspoort. Vakmensen leggen hierin hun kennis en vaardigheden vast en het idee is dat dat helpt om eenvoudiger naar een andere baan of sector over te stappen. Meer en beter samenwerken in de keten is een vorm van innovatie die veel (tijd)winst kan opleveren en op die manier bijdraagt aan het oplossen van het capaciteitsprobleem.

WCM en de factor mens
Eerder dit jaar vonden twee WCM-regiobijeenkomsten plaats rondom de Factor Mens: in mei bij 3D Makerzone in Haarlem en in september bij WCM-lid IJssel in Zwolle. WCM-directeur Paul van Kempen blikt er op terug. Uit de sessies komt volgens Van Kempen naar voren dat bedrijven die succesvol zijn in het implementeren van nieuwe technologie ‘aan de voorkant’ veel tijd steken in de factor mens. Bij IJssel werd een ai-roadmap gepresenteerd voor het implementeren van ai in combinatie met predictive maintenance. Veel bedrijven zitten nog in een onderzoeksfase ten aanzien van mogelijkheden en nut en anderen zijn al een stap verder. “En vervolgens zie je dat veel organisaties in de pilotfase blijven steken. Ze komen niet toe aan de businesscase en het opschalen.” WCM kan daarbij helpen zegt Van Kempen, middels samenwerkingen in Fieldlabs zoals Fieldlab Samen, met het nieuwe kennisloket en met WCM Academy.

Paneldiscussie
Özcan Akyol, dankzij zijn werk voor radio, tv en krant beter bekend als Eus, leidt vervolgens de paneldiscussie met zeven uiteenlopende deskundigen. De eerste vraag die hij aan hen voorlegt is: hoe maken we in het onderwijs in een vroeg stadium het werken in de techniek aantrekkelijk voor een jonge generatie? Corine Hoogenbosch van Waternet zegt dat zij vroeger nog handenarbeid kreeg op school. “Tegenwoordig is het veel knip- en plakwerk en achter de pc zitten.” Cees van Gerwen van ROC Tilburg ziet dat het vooral een cultureel probleem is, zeker bij vrouwen. Hij denkt dat beter betalen en het skillspaspoort gaan helpen. Iwan de Waard van FMI ImProvia snapt niet waarom techniek geen onderdeel uitmaakt van het primair onderwijs.

Economie stagneert
Borstlap constateert dat de arbeidsmarktkrapte in de techniek al heel lang bestaat en vraagt hoe erg dat is: ‘wat gaat er mis door die krapte?’. Van Gerwen: “De economie stagneert. Neem de energietransitie; wie gaat dat doen?” Hoogenbosch zegt dat veel van de huidige infra aan vervanging toe is, maar omdat het dezelfde handjes zijn die het werk moeten uitvoeren, kan het niet. Borstlap vindt dat het kabinet meer geld moet steken in arbeidsmarktbemiddeling om de grote groep mensen die nog thuiszit aan het werk te krijgen.

Schaarste drijft het juiste gedrag
De tweede vraag voor het panel is: hoe kan techniek de grote personeelstekorten opvangen? Is dat een serieuze optie? Patrick de Vijver van ASML zegt dat zijn werkgever een heel arsenaal aan middelen heeft om personeel te vervangen, maar niet alleen om redenen van arbeidsmarkttekorten. “In onze clean rooms willen we het liefst geen mensen hebben.” De ASML-machines zijn voorzien van sensoren waardoor remote monitoring mogelijk is. “Diagnosticeren van technische problemen is best complex en kost tijd en geld. Met ai en patroonherkenning sturen we de technici de juiste kant op en vermijden we trial en error. Er is veel mogelijk. Ik ben het eens met de heer Borstlap dat schaarste het juiste gedrag drijft.”

Geen ploegendienst meer
Goos Kant van ORTEC, tevens professor aan Tilburg University, denkt dat er nog een grote slag gemaakt kan worden door slimmer om te gaan met de schaarse mensen én door rekening te houden met de wensen van de medewerkers. “Dus geen ouderwetse ploegendienst meer, maar meer maatwerk.” Borstlap beziet het meer macro-economisch. Loonstijging, arbeidstijdverlenging in combinatie met een andere leercultuur en een grote rol voor de techniek kan zorgen voor productiviteitswinst.

De industrie moet laten zien wat het doet en hoe belangrijk dat is – Mark Oosterveer, iTanks

Vies werk als showcase
Mark Scheltes van Gouda Vuurvast zegt vanuit het publiek dat niet alle onderhoudswerkzaamheden zich laten robotiseren, zoals het werk in afvalverbrandingsovens. Hij heeft laaggeschoolde mensen nodig. Mark Oosterveer van iTanks vindt dat dat ‘vieze’ werk juist een showcase moet zijn om mensen te trekken. “Met vieze handen houd je installaties veilig en draaiende. In de zorg krijg je ook vieze handen en daar is iedereen trots op. De industrie moet laten zien wat het doet en hoe belangrijk dat is. Dat levert dan vanzelf die zuigende werking op.” Staf Seurinck van ABB: “Er kan nog veel meer met robots, maar die ovens dat is inderdaad lastig. Maar als we meer ‘dom’ werk vervangen door robots, dan spelen we meer mensen vrij voor dit soort werkzaamheden.”

Niet de cv is meer leidend, maar de vaardigheden en competenties die een persoon bezit – Hans Borstlap, toenmalig commissievoorzitter en voormalig SER-lid

Goed werkgeverschap
‘Wat kunnen we doen aan onze manier van werken, zodat er in de toekomst voldoende mensen zijn die geschikt blijven voor de arbeidsmarkt van de toekomst?’ Dat is de derde vraag waar panel en publiek op reageren. Van Gerwen signaleert dat er bij de bedrijven weinig tijd en ruimte meer is om mensen op te leiden. Zijn ROC haalde jaren geleden daarom ‘alle techniek’ in huis en dat blijkt een succesvolle aanpak. Vanuit het publiek zegt iemand dat bedrijven eerst eens moeten proberen om meer te halen uit de mensen die ze hebben. Borstlap haakt daarop in: “Dan heb je het over het nieuwe personeelsbeleid. Niet de cv is meer leidend, maar de vaardigheden en competenties die een persoon bezit. Technologische ontwikkeling zou ook gecombineerd moeten worden met een actief en op de mens gericht personeelsbeleid. Goed werkgeverschap voor de toekomst is ander werkgeverschap dan we tot nu toe hebben gehad.” Verschillende panelleden sluiten zich aan bij de woorden van Borstlap, die nog toevoegt dat de markt dit nieuwe denken zal afdwingen. “Werkgevers die daar niet in meegaan, leggen het loodje.”

Bedrijven aan zet
Het publiek mag middels een mentimeter-stemming antwoord geven op de vraag wie proactiever moet handelen om de tekorten op te vangen: overheid, onderwijs of bedrijven. 63 procent vindt dat de bedrijven aan zet zijn, 21 procent zegt het onderwijs en de rest verwacht actie van de overheid. Kant en De Vijver beamen dat het goed is dat de bedrijven het voortouw moeten nemen. De Waard en Borstlap zeggen dat alle drie de partijen elkaar nodig hebben. Borstlap: “De overheid zal bijvoorbeeld de fiscale last op arbeid moeten verlagen en het onderwijs moet een alliantie aangaan met het bedrijfsleven om het leven lang leren te faciliteren.” Akyol bedankt daarna iedereen voor zijn aandeel in de discussie, waarna het tijd is voor een korte break.

WCM Impact Award
Na de pauze staat de uitreiking van de WCM Research Award op het programma. Paul van Kempen blikt eerst kort terug op het ontstaan van de WCM Awards. Het begon met de Awareness Award die moest helpen om maintenance breder op de kaart te krijgen, tot in de boardroom aan toe. Na de Awareness Award volgde de Innovation Award en sinds enkele jaren reikt WCM de Research Awards uit. Van Kempen: “We hebben inmiddels veel technologische ontwikkelingen meegemaakt en het is tijd om de stap te zetten naar het gebruik ervan, terwijl we ondertussen wel blijven innoveren.” Om dat gebruik te stimuleren zal WCM vanaf volgend jaar de WCM Impact Award toekennen. “Daarbij gaat het om de impact op onderhoud én om de ‘significante en meetbare’ bijdrage aan een duurzamere samenleving.

Fraai werkstuk
Van Kempen nodigt jurylid Lex Daan uit om de winnaar bekend te maken. Daan memoreert kort dat de afgelopen tien jaar een kleine honderd inzendingen de revue passeerden. Hij zegt dat het aantoont dat de diepgang in het vak is toegenomen en dat de onderhoudswereld klaar is voor de Impact Award. Daan roept Evi Hendriks op het podium om de Bachelor of Science Award in ontvangst te nemen. Hendriks krijgt die vanwege haar onderzoek naar corrosiepreventie aan de romp van marineschepen door middel van coating. “Evi maakte een kostenoptimalisatiemodel gebaseerd op condition based maintenance, wat aangeeft welke onderhoudsacties op welk moment moeten plaatsvinden om kosten te minimaliseren. Het is een fraai werkstuk geworden dat zich kan meten met een master scriptie.”

Toekomstvisie
Vervolgens schetst WCM-directeur Van Kempen de toekomstvisie van WCM. De komst van nieuwe materialen (bijv. composieten) en technologieën (sensoren, data analytics, AR/VR e.a.) en onderhoudsconcepten als predictive maintenance en zero on site-maintenance hebben gevolgen voor de mensen die de sector nodig heeft. WCM zet daarom onder meer in op een vervolg van het Skillslab en participeert in een Groeifonds-aanvraag met een projectvoorstel rondom de volgende generatie hightech equipment. De WCM Fieldlabs in Rijen en Vlissingen krijgen een rol bij het tonen van het innovatieve karakter van smart maintenance door middel van zogenoemde learning communities waarin leren, werken en innoveren bij elkaar komen.

Met WCM Vector krijgt de hele onderhoudssector toegang tot de expertise van WCM – Jacob Derks, World Class Maintenance

In beweging zetten
De lancering van het WCM kennisloket is vervolgens in handen van WCM projectleider Jacob Derks. Hij onthult de naam die is gekozen uit de inzendingen: WCM Vector. Bedenker Klaas Bos toont zich ‘blij verbaasd’ dat zijn idee is gekozen en legt uit dat Vector staat voor ‘een kracht die iets in beweging zet’. Derks legt uit dat WCM Vector geen statische plek met alleen feiten is, maar een plek waar ideeën ontstaan en expertise groeit. Het idee voor het kennisplatform ontstond omdat WCM-leden niet bij alle projecten betrokken kunnen zijn terwijl die projecten wel interessante kennis kunnen opleveren. “Met WCM Vector krijgt de hele onderhoudssector toegang tot de expertise van WCM.”

Learning community
De kennis op WCM Vector wordt geborgd in verschillende kennisproducten. Gebruikers die ondersteuning willen, kunnen een cursus volgen bij WCM Academy. “De stip op de horizon is dat er een learning community ontstaat voor de hele onderhoudssector.” Derks laat een demo zien van het online kennisloket. Gebruikers kunnen via een zoekfunctie, een navigatiestructuur en filters zoeken naar het onderwerp dat hun interesse heeft. “Het is een groeiend platform. In de toekomst komt er een community-functie, komen er interest groups rondom specifieke thema’s en biedt het platform hulp bij concrete problemen.” Kennisproducten zijn getest en gevalideerd voordat ze op WCM Vector verschijnen. Experts houden de content up-to-date.

Paul van Kempen sluit daarna het jaarcongres af met een dankwoord en nodigt iedereen uit voor de netwerkborrel.