14 augustus 2017

Op vrijdag 4 augustus ontvingen 35 young maintenance professionals het certificaat voor Smart Maintenance & Engineering Management. De studenten kregen in de week voorafgaand college van diverse hoogleraren van zeven Nederlandse universiteiten op het gebied van smart maintenance. Deze theorie konden de studenten meteen toepassen op de praktijkcase ingebracht door de Directie Materiële Instandhouding (DMI) van de Koninklijke Marine: het onderhoud van de nieuwe serie M-fregatten.

De groep young professionals bestond uit deelnemers van Alliander, MaxGrip, het Ministerie van Defensie, NS Techniek, Schiphol Group, Shell, Sitech Services, SPIE, Stork, Strukton Rail, Tata Steel, Thales, de Universiteit van Tilburg, de Universiteit van Pisa, de Universiteit van Twente en Utilities Support Group.

Vernieuwd programma

De WCM Summer School is dit jaar voor de zesde keer georganiseerd en dit jaar is het programma geheel vernieuwd. Op basis van inzichten uit het onderzoeksrapport Smart Moves for Smart Maintenance zijn onderwerpen zoals big data, human factors, performance based contracting en life cycle costing toegevoegd. Maintenance Management & Engineering blijft het hoofdonderwerp.

Praktijkcase: onderhoud van M-fregatten

De Koninklijke Marine heeft een aanzienlijke vloot van zeer complexe schepen (onder andere fregatten, patrouilleschepen, onderzeeboten en duikvaartuigen) die wereldwijd wordt beheerd en onderhouden. De studenten van de WCM Summer School kregen de unieke gelegenheid zich een week lang bezig te houden met de nieuwe serie M-fregatten. Deze multipurpose-schepen worden voornamelijk ingezet bij onderzeebootbestrijding, er kunnen helikopters op landen en ze zijn uitgerust met hypermoderne sensor-, wapen- en commandosystemen. De belangrijkste vraag en uitdaging voor de studenten was om na te denken over hoe de DMI het onderhoud van de schepen kan optimaliseren door het introduceren van onderhoudsinnovaties zoals predictive maintenance, life cycle management en design for maintenance.

Arnold Boomstra, head of sensors and weapon technology, gaf aan waar de groepen rekening mee moeten houden bij het toekomstig onderhoud van marineschepen: “We zitten midden in een technology shift waar we als marine in voorop lopen, we beheren dan ook een state of the art vloot. Het is een uitdaging gekwalificeerde mensen voor het onderhoud te vinden. Daarnaast willen we naar een meer flexibele inzet van ons materieel en willen we in de toekomst nadrukkelijker samenwerken met de industrie.”

Modulaire fregatten

De groepen presenteerden hun bevindingen op vrijdag 4 augustus tijdens een informatiemarkt. Het aanwezige publiek koos als winnaar de groep van Francesco Castaldi Cuppari (University of Pisa), Bas Pelssers (SPIE), Sander Cords (Tata Steel) en Arjan van der Palen (Schiphol Group). De winnende groep bedacht voor de multipurposefregatten een nieuwe naam, namelijk modulaire fregatten. In hun ontwerp wordt alle equipment aan boord modulair op te bouwen, waardoor zowel de functie van de schepen als het onderhoud van de schepen flexibel wordt. Met condition based maintenance en augmented reality zou elke module dan zelf in staat moeten zijn om aan te geven of, wanneer en wat voor onderhoud nodig is. Volgens de winnende groep: “Het concept is gedurfd, maar als je klaar wilt zijn voor de toekomst, dan is dit de weg die de marine in moet.”

Verfrissend

Ook de andere groepen kwamen met innovatieve ideeën voor efficiënter onderhoud van de complexe schepen. Van organisatorische ideeën, zoals het in elkaar ritsen van de diensten DMI en DMO (Defensie Materieel Organisatie) en het opzetten van een virtueel warehouse, tot technische ideeën zoals het gebruik van waterstof bij kamertemperatuur (waardoor koelinstallaties aan boord overbodig worden) en zelfs campagne-ideeën om de capaciteit aan gekwalificeerd personeel te vergroten. “Het bruist hier. Dat de input die wij gegeven hebben, resulteert in deze output aan praktische verfrissende ideeën, is indrukwekkend,” aldus Pieter van Noort, hoofd afdeling Maritieme Techniek, DMI. “De kracht van dit soort initiatieven is dat er gewerkt wordt aan gemeenschappelijke uitdagingen, vanuit meerdere disciplines.”

Spiegel

Rob Kramer, plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten en aanwezig tijdens de presentaties: “Het is ongelofelijk positief en interessant om te zien dat zoveel jonge mensen ons een spiegel kunnen voorhouden. Uiteraard zijn hun ideeën en ‘spot on’ oplossingen interessant, maar veel uitdagender is nog dat zij ons de ‘waarom’ vraag stellen.” Kramer geeft een voorbeeld: “Een schip heeft bij ons een cyclus van vijf jaar waarvan het schip vier jaar vaart en vervolgens één jaar in onderhoud gaat. Een terechte vraag is: ‘kan dat jaar onderhoud niet veel sneller?’. Er wordt ons een terechte spiegel voorgehouden die eigenlijk gaat over commercialisatie van defensieactiviteiten. En daarin worden we ook bevestigd, want samenwerken met de industrie is een speerpunt voor de toekomst. Het draagt bij aan een vergrootte slagkracht op zee, daar doen we het voor.”

Over de WCM Summer School

Dit jaar is de WCM Summer School voor de zesde keer georganiseerd, en vond dit jaar voor het eerst plaats bij het KIM, het Koninklijk Instituut voor de Marine. In een week tijd krijgen young maintenance professionals de kans om hun kennis en ervaring op het gebied van Maintenance Management & Engineering te vergroten. Naast de case waarover de studenten zich buigen, verzorgen hoogleraren van alle Nederlandse universiteiten met maintenance als vakgebied een masterclass (TU Delft, Universiteit Twente, Technische Universiteit Eindhoven, Rijksuniversiteit Groningen, NLDA, Erasmus Universiteit Rotterdam en Tilburg University). Ook voor 2018 staat de WCM Summer School weer gepland.

Foto’s: Jenne Hoekstra

Link naar de WCM Summer School website

Deel dit artikel!