WCM Rondetafel gesprek

Negen experts discussieerden op 18 januari met elkaar over de integratie van asset management IT-systemen (of eigenlijk over het gebrek daaraan). Uit het gesprek bleek dat er op IT-gebied steeds meer mogelijk is maar dat er sprake is van enkele hinderpalen.

Het is het achtste rondetafelgesprek naar aanleiding van de WCM-Delphistudie Smart moves for smart maintenance. Het vindt plaats in Fieldlab Campione in Gilze-Rijen. Aanwezig zijn Patrick Beks van Dimensys (business process & IT consulting), Joris Verlinden van MaxGrip (asset management & IT), John Klaasman van Xpoisure (datavisualisatie), Jorick Huizinga van Unit040 Ontwerp (virtual twin software) en Marc Boer van Seyn38 (asset management). Richard van Dongen en Richard Noppert zijn er namens OXplus (asset management) en Rob de Heus (Sitech Services, technisch dienstverlener op Chemelot) is de vertegenwoordiger van de ‘vraagzijde’. WCM-directeur Henk Akkermans is zoals gebruikelijk de gespreksleider.

Gefragmenteerd IT-landschap

Akkermans benoemt eerst de belangrijkste conclusies uit de studie over asset management en IT. “Er is een gefragmenteerd IT-landschap dat moeilijk is te integreren, maintenance weet niets van IT en vice versa, het management is vooral geïnteresseerd in de korte termijn en er is een laag bewustzijn ten aanzien van asset management.” Hij legt uit dat het de bedoeling is om vandaag het onderwerp verder uit te diepen: wat is het en waarom is het belangrijk?

Rijstebrij

Rob De Heus beschrijft de ‘conservatieve wereld van de vraagkant’. “Het gaat vaak over oudere installaties en het digitaal benaderen ervan is niet eenvoudig. Daarom laten we scans maken, zodat we equipment kunnen identificeren en data kunnen blootleggen. Dat is veiliger, het is efficiënter en gemakkelijker.” Maar het is ook een rijstebrij van niet gekoppelde data, zegt hij.

Opmerkelijk

John Klaasman haakt in op het aangehaalde conservatisme. “Iedereen roept wel dat hij wil, maar doet niets. Waarvoor is men bang? ‘We doen het altijd al zo’, hoor je dan.” Ook het kiezen van de juiste IT-specialist vinden bedrijven moeilijk, zegt Klaasman. Akkermans: “Er zijn vandaag vooral vertegenwoordigers van IT-zijde. Dat is opmerkelijk. Is dat misschien omdat de asset owners conservatief zijn?”

Protectionisme

Klaasman vervolgt: “Praat met de markt en kijk eens ‘op de vloer’. Dat is gewoon onthutsend; er is geen communicatielijn tussen vloer en management. Er is wel besef, maar ook onmacht om het te sturen. Niet de data zijn het probleem, maar het organiseren ervan. Iedereen kijkt vanuit zijn eigen perceptie binnen een organisatie.” Richard Noppert: “Dit is heel herkenbaar. Wij zien ook veel protectionisme, het afschermen van de eigen afdeling.” En dan gaat volgens hem het niet alleen om de IT-afdeling. “Ook anderen doen dat.”

Virtual twin

Marc Boer: “De technische problemen zijn op te lossen. Maar je moet met IT niet twee stappen voor de organisatie uit lopen; je moet een groeipad opstellen.” Jorinck Huizinga meent dat virtual twin kan dienen als praatstuk aan de hand waarvan domeinexperts met elkaar in gesprek kunnen. “De mechanische man weet doorgaans niet wat de software man doet en vice versa.” In nieuwbouwsituaties wordt het al toegepast en ook in maintenance zou het een rol kunnen spelen, meent hij.

Eindverantwoordelijkheid

“Welke kant gaat het op?”, vraagt Akkermans. Boer antwoordt, maar gaat eerst een stap terug. “In 2000 was de keuze voor ERP (Enterprise Resource Planning) en ERM (Enterprise Risk Management) vooral IT-gedreven vanuit de gedachte ‘wij weten wat goed voor je is’. Je ziet nu een verschuiving naar behoefte versus IT. Wat mij betreft moet de eindverantwoordelijkheid altijd bij de business liggen en is IT volgend en dienstverlenend.”

ERP met schillen

Beks: “Ik denk dat we veel meer integratie van verschillende apps gaan krijgen.” De Heus: “Denken jullie dat ERP gaat verdwijnen? Bij ons is de discussie meer: ERP is de database met alle data waarover je allerlei schillen heen legt, dingen mee doet, en dan de bewerkte data weer terug in stort.” Boer: “Grote systemen houd je toch, voor de continuïteit van je business. Je moet er alleen een business intelligence laag boven maken.”

Interface

Huizinga refereert aan het Duitse rapport over Industrie 4.0. “Uber heeft geen taxi in bezit, maar wel de interface met de klant. Heb je de interface, dan heb je de klant. Hardware wordt steeds minder belangrijk en software steeds belangrijker.” “Dat gaat allemaal over nieuwbouw”, zegt Verlinden. “Hoe zit het met legacy?” Dat is inderdaad een probleem, erkent Huizinga die nog een andere trend aanhaalt. “De techniek gaat zo snel. Wat een asset owner twee, drie jaar geleden nog zelf kon, daar heeft hij nu een specialist voor nodig.”

Aging assets

Akkermans gaat verder op het thema aging assets. Naarmate ze ouder worden, moet je er beter op letten, zegt hij. ” Sensoriek is juist meer nodig bij oudere assets.” De Heus: “Eens. Maar als ik zie hoe een nieuwe plant gebouwd wordt; dat gebeurt al volledig met AUTO-CAD, 3D-modellering et cetera. Vervolgens gaat hij in bedrijf – en daar zit de cultuurbarrière – en over naar operatie en onderhoud en is hij ‘weg’. Binnen no time is de installatie vervolgens niet meer ‘as built’ en kan je niet meer terug naar het digitale model. Probleem is dat als er iets nieuws moet komen, het altijd zo goedkoop mogelijk moet. Dat is overal zo en daarna ligt het probleem bij operations en onderhoud.”

Niet moeilijk

Beks: “Misschien bagatelliseer ik, maar voor veel assets is het helemaal niet zo moeilijk. Als je van de lagers de trillingen meet, los je al zeventig procent van de problemen op. Als je maar weet wat de kritieke onderdelen van een asset zijn, aangevuld met kennis van de asset.” De Heus: “Dat is precies wat wij doen in ons Asset Health Center. Wij stellen ons altijd eerst de vraag: hebben we al data? Hebben we extra sensoren nodig? Dat is overigens helemaal zo duur niet meer. Maar de grap blijft, richting toekomst: je wilt integreren. De vraag is dan: hoe vind je de juiste informatie over allerlei processen?”

Eigenaarschap

Een ander heikel punt is het eigenaarschap over de data: is die van de machinebouwer of van de eigenaar en gebruiker van de machine? Verlinden: “Neem een Siemens; daar zien ze ook dat data cruciaal zijn en houden de claim over de data.” Klaasman: “GE is geen turbinebouwer, maar een softwarebedrijf.” Verlinden verwijst naar de Data Protection Act die binnenkort van kracht wordt. Data moet dan in de EU blijven en dat wordt nog lastig genoeg, met alle cloudservices die gebruikt worden.

Ruit

Akkermans schrijft de woorden OEM’er, Asset owner/manager, IT-partijen en service providers op het whiteboard. “Een asset owner kan toch besluiten zaken te doen met alle partijen?” De Heus: “Ja, maar iedere partij beschermt zijn eigen data.” Huizinga: “Er gaat data in en er komt data uit een installatie, daartussen zit een soort black box. Maar je kunt wel ongeveer berekenen wat daarin gebeurt.” De Heus: “Ja, maar dan maken wij het model, terwijl de OEM’er het heeft liggen.”

Classificatiebureaus

Akkermans: “Welk element hebben we nog niet gehad? De invloed van de klant?” Hij wijst weer naar het bord. “Meerdere partijen raken de klant, omdat werk is uitbesteed. De NS bijvoorbeeld heeft bij de aankoop van nieuwe treinstellen bedongen dat ze voor cruciale componenten rechtstreeks contact heeft met de OEM’ers.” Boer: “Klopt, grote klanten schrijven voor wat er moet gebeuren. Maar de classificatiebureaus houden condition based maintenance nog tegen.” Verlinden: “Je hebt natuurlijk de normen van het American Bureau of Shipping en Lloyds speelt een grote rol in de energiehoek.” Voor De Heus zit het meer in het wel of niet vertrouwen op risk based inspection op basis van data. “Voorspellen of je een probleem gaat krijgen dus. Men vertrouwt nog niet op IT-systemen.”

Weerstand

Laatste ronde, zegt Akkermans na twee uur praten. “Waar liggen de prioriteiten, op welke gebieden moeten we experimenteren als het gaat over het integreren van IT-systemen?” Van Dongen: “Het grootste probleem is volgens mij het rondkrijgen van de businesscase. Je moet eerst prototyping doen en dan uitrollen. Iedereen wil wel de innovatie, maar het is zo multidisciplinair over alle afdelingen heen, dat maakt het lastig.” Boer doet de suggestie om bureaus als Veritas ‘mee te nemen’ in de fieldlabs. Huizinga zegt dat heel veel technisch al mogelijk is, maar dat bedrijf of mens wel moet willen. “Verandering is eng, maar wel nodig.” Noppert: “Je moet dus inzicht krijgen in het gedrag, waarom is er weerstand?” Ook Klaasman haalt de angst voor verbetering aan. “Laagdrempelig met iedereen communiceren, dat is de sleutel.”

Business

Akkermans refereert aan de bestaande structuren tussen de partijen: “Het is ook business, er zit handel in.” Beks: “Dat is ook de reden dat men krampachtig doet.” Huizinga: “Het businessmodel is spareparts verkopen, daarin zitten ze vast.” Verlinden: “Misschien moeten we experimenteren op de processen en niet op de assets. Een laag hoger dus: wat kun je doen in het voorspellen van processen? Misschien is het soms wel verstandiger om tegen productie te zeggen ‘draai even op negentig procent om je doelen te halen’.” De Heus: “Precies, de interactie tussen de verschillende assets en het medium dat er doorheen stroomt. Dat is ons Asset Health Center: prescriptive maintenance.”

Van Dongen: “Volgens mij hebben we het hier samen over een tussenstap. Straks zegt de asset zelf wat hij nodig heeft.” Akkermans: “Dat hij zichzelf repareert zelfs.”

De Heus keert terug naar de vraag: “Wat is een onderwerp om aan te trekken? Vanuit mijn stiel is dat oudere assets inrijgen in een mooie IT-infrastructuur. Kan je daar een model van maken? Veel mensen verliezen tijd bij het zoeken naar de juiste informatie, daar verlenen ze hun meerwaarde aan. Dat aspect zou ik willen onderzoeken.”

 

Henk Akkermans
Contactpersoon:

Henk Akkermans
+31 6 53 79 00 09
Heeft u een vraag?